Dr. Vijai S Shankar MD.PhD.
Gepubliceerd op www.academy-advaita.com
Nederland
18 April 2008

Verlichting

“Vrede”

 

Het woord verlichting is niet nieuw; het is eeuwenoud. Niemand weet met zekerheid of kan zeker weten wanneer dit woord in de psyche van de mens opdook. Maar het is aanwezig en door de eeuwen heen goed bewaard gebleven en niet gewist uit de spirituele vocabulaire van de mens. Het heeft de tand des tijds doorstaan en tijd heeft het niet kunnen elimineren. In feite wordt het nu evenzeer vereerd als ooit tevoren, zo niet nog meer. Het circuleert veelvuldig in spirituele kringen die tot op de dag van vandaag overvloedig de kop opsteken; het wordt gevonden in spirituele geschriften; het is onderwerp van roddels en voor sommigen onderwerp van spot of geklets. Het is ook de inhoud van discussie tijdens een kopje thee onder zowel filosofen als denkers. 

Het is het beloofde doel dat door satsang-gevers, zoals zij in de volksmond bekend staan, wordt aangeboden. De verleiding van verlichting trekt menigeen uit verre landen, over zeeën, ver weg van waar zij vandaan komen naar landen die vermaard zijn om verlichting. De concepten over verlichting zijn talrijk, overtuigend en betoverend voor het ego. Deze concepten zijn vaker wel dan niet een belemmering voor verlichting en misschien zijn ze daar wel voor bedoeld, omdat de mens moet gaan begrijpen. De aantrekkingskracht tot verlichting is groot, want het belooft wat voorbij deze wereld is.

Waar vraag is, zal aanbod zijn om aan de vraag te voldoen - en zo is het ook met verlichting. Het schept ruimte voor zaken van spirituele aard om te gedijen. Er is niets mis mee, want het is winstgevend voor de spirituele leider, maar de beloofde rendementen blijven beloften en worden nooit vervuld. Verlichting kan niet van de een aan de ander worden gegeven, hoewel algemeen wordt aangenomen dat zij wel kan worden gegeven of overgedragen. De wereld is goddelijk en goddelijkheid is verlichting en dit geldt voor elk stukje ervan, waaronder de mens. De geschiedenis getuigt over verlichten en daarom wordt hun aanwezigheid niet betwist, maar wat onderscheidt hen van andere mensen? Wordt er serieus nagedacht over hun verkondiging dat de wereld een illusie is?

Niet echt, want wetenschappers, de spiritualisten, de religieuzen, de filosofen, de man van de straat, op kantoor en in elk huis, in feite gelooft iedereen dat de wereld waarin hij leeft werkelijk is. Bovendien wordt aangenomen dat verlichting gaat over ervaringen die niet alledaags zijn. De ervaringen worden verondersteld buitengewoon te zijn, op zijn zachtst gezegd, iets wat de mens zich alleen maar kan voorstellen. Misschien resteren ze als verbeelding en het duurt niet lang of de verbeelding, die een soort spirituele droom is, wordt een realiteit voor de mens en is hij zich er niet van bewust dat hij droomt over verlichting.

Voor de mens is de wereld werkelijk. Maar weet hij zeker wat werkelijk betekent en zou kunnen zijn? Werkelijk is dat wat nooit verandert en eeuwig en overal is. In dat geval kan de wereld zoals de mens die ziet onmogelijk bestaan, omdat alles en iedereen in deze wereld verandert, tijdelijk is en uiteindelijk verdwijnt, inclusief de mens. Als alles werkelijk voor hem is, vraag je je af waar hij dan naar op zoek is. Hij gelooft dat er een andere vorm van werkelijk bestaat, die superieur is en veel krachtiger, met de potentie om voorbij te gaan aan de realiteit van de wereld die hij afwijst of niet wenst. Hij noemt deze God of verlichting en deze realiteit is wat hij wil bereiken. Daarom kent de aantrekkingskracht tot verlichting geen grenzen. De mens gelooft dat verlichting hem de utopische wereld biedt, de wereld van God.

Maar wie heeft deze wereld gemaakt? Is het niet God die hem heeft geschapen? Als dat zo is, zou de verlichte wereld dan niet dezelfde zijn als de huidige waarin de mens leeft? Waarom zou God twee verschillende werelden creëren? Zou hij dat kunnen? - is de vraag. Als God liefdevol en mededogend is, zoals wordt verondersteld, zou Hij vast geen wereld hebben geschapen die de mens soms afwijst en die hem op andere momenten verblijdt.

De mens ervaart ook geluk en verdriet in het dagelijks leven. Het contrast dat verdriet verschaft ten opzichte van wat geluk is, inspireert hem om te verlangen naar permanent geluk. Hij denkt dat verlichting de weg is naar permanent geluk en zo begint zijn zoektocht naar waarheid of eenvoudigweg een wereld die anders is dan de huidige waarin hij verkeert. Tijdens zijn zoektocht krijgt hij te horen dat de wereld een illusie is en dat hij uit deze illusoire wereld moet zien te komen - en dat dit verlichting is. Om dat te doen, gelooft de mens dat hij iets moet doen om hem uit deze illusoire wereld te krijgen. 

Vele paden zijn beschikbaar voor de mens om uit te kiezen, met beloftes in overvloed, die hem van de illusoire wereld naar de werkelijkheid zullen leiden. Deze paden zijn al aanwezig vanaf dat verlichting in de woordenschat van de mens voorkomt. Ze hebben aanpassingen ondergaan en er blijven er steeds nieuwe bij komen. Als ze de potentie hadden gehad om verlichting te leveren, dan hadden ze dat nu al gedaan en als de paden of de technieken die daarbij betrokken zijn werkelijk waren, dan moeten en zouden zij bij de allereerste poging verlichting leveren. Maar dat doen ze niet, want het is een geloof dat ze moeten worden geoefend en oefening is in tegenspraak met zijn eigen validiteit van authenticiteit. Oefenen leidt er alleen maar toe dat je niet meer in staat bent om te oefenen. Dit is het enige geschenk dat het biedt en geen verlichting.

Oefening brengt alleen de wens voort om meer te oefenen. Jaren gaan voorbij en de mens wordt oud, maar blijft dezelfde en verlichting is nergens te bekennen. Het enige wat ontbreekt, is inzicht in de illusoire aard van het leven. Als de wereld illusoir is, moeten de paden en hun gerelateerde technieken, hoe populair of aantrekkelijk ze ook zijn, ook illusoir zijn. Dit is wat het leven wil dat de mens begrijpt en wanneer dit inzicht gebeurt, is dat het moment van verlichting. Het leven is erg intelligent en het beschermd zijn illusie heel efficiënt. Het doet dit door de mens te laten geloven dat de paden en technieken die door de spiritualisten en de religieuzen worden aangeboden werkelijk zijn. Het leven moet het illusoire in stand houden zodat de mens kan begrijpen dat het illusoir is.

De meest prangende vraag is deze: als de wereld illusoir is, wat betekent illusoir dan? Illusoir betekent dat de wereld niet is wat de geest zegt dat het is. Daarom kunnen spirituele, religieuze, alledaagse of bekwame handelingen niet werkelijk zijn, want dat is wat de geest zegt dat ze zijn. Op welke manier zijn zij illusoir? Ze zijn illusoir omdat een handeling een optische illusie is van licht.

Hoe kan de mens ervan overtuigd worden dat een handeling een optische illusie is? Om dit te begrijpen, moet men begrijpen waar de wereld van gemaakt is. Wetenschap vertelt de mens dat de wereld en alles daarin, inclusief de mens, uit energie bestaat. Deze energie (wat een vage term is) is oneindig en heeft geen massa. Het kan niet worden gezien, gehoord, geproefd, geroken of gevoeld. Hoe kan de mens het onzichtbare zien, stilte horen, het geurloze ruiken, het smakeloze proeven en het gewichtloze voelen? Hoe kan hij afwezigheid van kracht begrijpen? Hoe is het dan mogelijk dat een dergelijke energie iets wordt dat kan zien en gezien worden, horen en gehoord worden, geur heeft en geroken worden, smaak heeft en geproefd worden, voelen en gevoeld worden en ook de natuurkrachten is?

Begrijp dat alles wat er in deze wereld is licht is. Dit is puur licht en blijft als zodanig en verandert nooit. Dit pure licht is intelligentie of God, om het poëtisch uit te drukken. Deze intelligentie, stilte of puur licht is zicht, zien en het geziene; geluid, horen en het gehoorde; geur, ruiken en wat geroken wordt; smaak, proeven en wat geproefd wordt; tast, voelen en het gevoelde - en ook de natuurkrachten. Het is zonder begin en zonder einde; het is zonder oorzaak of gevolg. Deze intelligentie of schittering van dit pure licht is gereflecteerd licht. Gereflecteerd licht staat ook bekend als bewustzijn of ziel. Het gereflecteerde licht is daarom de eerste illusie van puur licht. Gereflecteerd licht projecteert een optische en auditieve illusie van vorm, gestalte, consistentie, kleur, zicht, geluid, smaak, geur, aanraking, kennis en de natuurkrachten.

Het leven is in feite een illusoire manifestatie van licht en geluid, net zoals de wijzen hebben verkondigd. Alles wat wordt gekend, is een gedachte, inclusief tijd. Als tijd werkelijk zou zijn, zou het geen tijd hebben, want niemand zou kunnen beslissen welke tijd werkelijk zou moeten of kunnen zijn, en als tijd werkelijk zou zijn, zou het slechts één bepaalde tijd zijn. Het leven is tijdloos, zoals de verlichten hebben gezegd. Omdat er tijd nodig is om een handeling aanwezig te laten zijn en het leven tijdloos is, kan een handeling gewoon niet werkelijk zijn – zij moet illusoir zijn en dat is zij ook, een optische illusie.

Aangezien een spirituele handeling of welke handeling dan ook niet mogelijk is in het leven, kan de mens dan weten wat verlichting of de werkelijkheid is? Hoe kan hij weten wat verlichting of de werkelijkheid is of zou kunnen zijn als hij er geen directe kennis van heeft en ook niet zou kunnen hebben? Als hij dat wel had gehad, zou verlichting het gekende zijn. De werkelijkheid of verlichting kan nooit het gekende zijn, want iedere vorm van het gekende is gebaseerd op dualiteit. Zelfs de poëtische beschrijving van werkelijkheid of verlichting is niet zonder dualiteit. De verlichten hebben bij herhaling verkondigd dat verlichting een tijdloze en gedachteloze staat is, en de verklaring van de mens dat hij weet wat het is, is daarmee in tegenspraak. Dus verlichting of de werkelijkheid, het subjectieve, het objectieve of het goddelijke, kan nooit worden gekend. Als ze gekend worden, zijn ze illusoir en niet werkelijk.

Het leven is verlicht en daarom moet alles erin in een verlichte staat zijn - en dat geldt ook voor de mens. De wereld is verlicht en moet dat wel zijn als God de schepper is. Alles wat door God is geschapen, moet wel verlicht zijn indien God verondersteld wordt God te zijn. Vanuit een verlichte staat kan alleen het verlichte worden geschapen en dit maakt God en het leven verlicht. Het is niet nodig om de wereld te veranderen in een betere wereld, want de wereld waarin de mens is, is al verlicht. Het is niet nodig om te veranderen, want de wereld verandert elk moment, of de mens het nu leuk vindt of niet. Als de verlichte wereld zou moeten worden veranderd, waarin zou die dan kunnen veranderen? 

Spiritualisten die de wereld willen veranderen tot een betere plek, tonen geen respect aan God, want Hij is het die hem per slot van rekening heeft geschapen. Zijn creatie is illusoir, maar lijkt werkelijk voor de mens, die ook illusoir moet zijn want hij bevindt zich in deze illusoire manifestatie. Het kan heel goed zijn dat de wereld die God heeft geschapen niet begrepen wordt als zijnde illusoir en dat is de reden waarom de mens hem wil veranderen tot een betere plek, omdat hij denkt dat hij werkelijk is. De veranderde wereld zou ook tweeledig zijn omdat dit de basis is van herkenning en als dualiteit aanwezig is, zou de veranderde wereld dezelfde zijn als de wereld die was veranderd.

De techniek die de spiritualisten aanbieden, moet wel illusoir zijn in een illusoire wereld en kan niet werkelijk zijn, hoewel elke spiritualist beweert dat zijn of haar techniek werkelijk is. De markt staat wijd open en de kassa's rinkelen, maar de werkelijkheid kan nooit gekend of verklaard worden - het is alleen het illusoire dat gekend of verklaard kan worden. De werkelijkheid kan niet worden geoefend: het is alleen het illusoire dat kan worden geoefend en dit maakt oefenen ook illusoir. Het gekende kan nooit werkelijk zijn, want het gekende is afhankelijk van de dualiteit van de geest en elke vorm van afhankelijkheid gaat er stilletjes met de onafhankelijkheid vandoor. De werkelijkheid is onafhankelijk en niet afhankelijk. Deze onafhankelijkheid is verlichting.

Niemand is goed of slecht, want er is een handeling voor nodig om zo'n classificatie te laten bestaan en handelingen bestaan ​​niet in het leven. De geest kan niet in het leven functioneren want dat zou ook tijd vergen. De mens is illusoir, maar niet zijn levend-zijn, want zijn levend-zijn is God en dit is wat het betekent dat God overal is. Dit inzicht is verlichting.

Het leven is alleen maar een moment. Er kan geen ander moment zijn dat los kan staan van het moment dat is. Het moment omvat het andere moment in zich, aangezien het leven een proces is van transformatie van energie. Dit moment is eeuwigheid en het is geen geometrisch punt. Het moment is zonder begin en zonder einde, zonder oorzaak of gevolg. Daarom kunnen handeling en het gekende niet bestaan ​​in het moment dat tijdloos is. Deze wereld verdwijnt tijdens de nacht wanneer de mens zich in bed te ruste legt. Als de wereld werkelijk is, moet zij in zijn slaap aanwezig zijn, want hij is net zo goed levend tijdens de slaap als tijdens de wakende staat. De wereld die de mens ervaart is een wereld van gedachten, inclusief de ervaring. Dit inzicht is verlichting. 

Ook de wakende staat is slechts een moment en het transformatieproces manifesteert een levensdrama uitgesmeerd over de tijd. Alles, inclusief de mens, verdwijnt uiteindelijk en deze verdwijning is een transformatie naar een andere vorm van energie. Hij wordt gewoon ouder en het verouderingsproces is een indicatie van de verdwijntruc van de mens. Veroudering gebeurt elk moment en dit is het enige wat plaatsvindt en ook hierover heeft de mens geen controle. Het is niet mogelijk voor welke handeling dan ook, spiritueel of anderszins, om het verouderingsproces dat in het moment plaatsvindt terug te draaien - en een moment is alles wat er in het leven is. Als een handeling, spiritueel of alledaags, zou plaatsvinden, zou het verouderingsproces moeten stoppen zodat datzelfde moment beschikbaar is voor de handeling en als veroudering stopt, zou de mens niet leven. Wie kan veroudering stoppen? God zeker niet, want God is het verouderingsproces, dat het transformatieproces is. Dit inzicht is verlichting.

Massale spirituele bijeenkomsten zijn geen indicatie dat verlichting wordt gegeven of overgedragen. Het is niet mogelijk om verlichting te geven of over te dragen, want het leven is energie, dat zich in een continu transformatieproces bevindt dat spontaan, oncontroleerbaar en onvoorspelbaar is. Massa's zijn nodig om het illusoire in stand te houden; de werkelijkheid heeft geen ondersteuning nodig. Het illusoire heeft wel ondersteuning nodig en het leven verschaft dit in overvloed in de vorm van geloofssystemen die spiritualiteit omhullen. Verlichting en gebondenheid zijn op hetzelfde moment aanwezig. Het illusoire is gebondenheid en het begrijpen van het illusoire is verlichting. Verlichting is een tijdloze en gedachteloze staat, wat het leven is in elk moment, eeuwig. Een verlichte is hij die beseft dat waarheid of verlichting niet gesproken, bereikt, gegeven of overgedragen kan worden, maar legt in detail uit dat de wereld, de mens en de geest illusoir zijn. 

Auteur: Dr. Vijai S. Shankar
© Copyright V. S. Shankar 2008. 

Noot van de redactie:
Talloos zijn de woorden die de mens ter beschikking staan als middel om alles te communiceren wat bedoeld wordt. Dit artikel is een opmerkelijk inzicht in de kracht van woorden en in het bijzonder van één woord: 'verlichting'. De betekenis van het woord 'verlichting' bij het bepalen van de overtuigingen en praktijken van generaties mannen en vrouwen, wordt hier geschonken. Hier is een diep inzicht in de autoriteit van het gesproken of geschreven woord boven de denkende geest die een spiritueel alternatief zoekt voor de veronderstelde realiteiten van het dagelijkse bestaan. In de zoektocht van de mens naar verandering en verbetering, zelfs voor de verlichting die hem elk moment al verlicht, is hij zich niet bewust van het  levend-zijn dat hem zijn eigen zijn schenkt en het in stand houdt.
Julian Capper. VK 

Noot van Duitse vertaler:
Verlichting zoeken vloeit voort uit de hopeloosheid van het streven naar blijvend geluk in de wereld van de geest, van de dualiteit. Het spirituele aanbod dat de mens op zijn pad ter beschikking wordt gesteld, is echter gebaseerd op vooronderstellingen die niet zijn onderzocht op hun realiteit: Tijd, handeling, oorzaak en gevolg. De Verlichten verklaren, zoals Dr. Shankar hier doet, dit misverstand dat een persoon voor altijd gevangen kan houden in het labyrint van zijn geest, ongeacht wat hij denkt dat hij eraan doet. Een dieper begrip van verlichting openbaart zich op het moment dat de geest met gedachten spontaan als een illusie wordt doorzien. Het onkenbare moment blijft dus over als verlichting, dat is het leven, en dit levende moment omvat ook de mens.  
Marcus Stegmaier, Duitsland.

Noot van de Nederlandse vertaler:
Velen zoeken verlichting uit onvrede met de wereld en zichzelf. Verlichting wordt gezien als iets dat bereikt moet worden en dus niet altijd en overal aanwezig zou zijn. Dr. Shankar legt in dit artikel uit hoeveel misverstand er is over wat werkelijk is en over wat verlichting is. Dichtbij en ogenschijnlijk toch zo ver weg, slechts illusoir gescheiden door gedachten over de wereld en onszelf verlangen wij ernaar dat te vinden wat altijd al de werkelijkheid was. Er wordt in dit artikel geen beeld geschapen van wat verlichting zou kunnen zijn, omdat dat  onmogelijk is. Echter door het lezen ervan kan er iets van de reikwijdte en diepgang van het leven, levend-zijn of verlichting herkend worden. Dat is voldoende om het leven te vertrouwen en het leven te leven zonder verlangen naar een ander leven.
Paula Smit, Nederland.

back to articles page