Dr. Vijai S Shankar MD. PhD

Gepubliceerd op www.acadun.com

Nederland

11 maart 2010

 

 

Nu

 

Wat is het heden voor de mens? Het heden is voor de mens het moment waarop een handeling plaatsvindt of woorden met een betekenis worden uitgesproken. De handelingen of woorden die een mens gedurende de dag overkomen zijn voor hem ook het heden.

 

Handelingen en woorden, waarvan er inmiddels vele zijn, zijn echt een wonder, want ze zijn verfijnd vanaf het punt waar ze nog niet bestonden en de mens nog prehistorisch was. Welk mens de eerste handeling of het eerste woord in het heden respectievelijk uitvoerde of uitsprak, kan niet worden vastgesteld.

 

Evolutie en verfijning zijn indicaties dat de mens op enig moment te weten kwam dat hij handelde. Deze kennis verscheen in zijn geest, eerst als een gedachte en later als een gesproken woord. Voordat kennis de mens in de vorm van een gedachte of woord overkwam, handelde de mens dus ook al, maar dan wel zonder dat hij wist dat hij handelde.

 

De vraag waar dus over nagedacht zou moeten worden is: wanneer overkwam de mens het heden? Dit kan met geen mogelijkheid nauwkeurig worden vastgesteld, want zelfs tot op de dag van vandaag is het niet mogelijk om het moment waarin iets gebeurt exact te bepalen.

 

Dat komt omdat de mens een gebeurtenis pas te weten komt als het al is gebeurd. Betekent dit soms dat hij niet kan weten wat er in het heden gebeurt, maar evengoed gelooft dat een handeling in het heden plaatsvindt en een woord er kan worden uitgesproken? Ja, dat betekent het inderdaad.

 

De mens gaat ervan uit dat er dagelijks vele handelingen in de wereld plaatsvinden, en dat ze zeer uiteenlopen: van een oorlog tot een liefdevol gebaar. Hij gelooft ook dat kennis in het heden kan worden overgedragen, variërend van alle niveaus van onderwijs tot religieuze, spirituele en wetenschappelijke kennis. Maar ook over hoe een mens zich in zijn familie, gemeenschap of land zou moeten gedragen.

 

Kortom, het heden is waar de actualiteit plaatsvindt, dat als geheugen in de geest wordt opgeslagen. Het maakt niet uit wat er in het heden gebeurt: voor de mens is dat het leven. Hij kan het verafschuwen of er gelukkig mee zijn.

 

Hij plant zijn toekomst totdat deze er rooskleurig uitziet, opdat zijn heden ook zo zal zijn wanneer de toekomst hem overkomt. Als de toekomst zich ontvouwt is dat dus ook het heden voor de mens, maar is niet elke dag de toekomst van de vorige dag? Dat is het zeker.

 

Dus waar leeft de mens eigenlijk precies, als elke dag de toekomst van de vorige is? Leeft hij in de toekomst of in het heden? Hij gaat ervan uit dat hij in het heden leeft, maar het zou ook heel goed de toekomst kunnen zijn.

 

Het is echter niet te bevatten dat de mens in de toekomst leeft, terwijl hij denkt dat dit het heden is. Het heden, waar hij in staat is te leven, is de plaats waar zijn voeten de grond raken of de ruimte die zijn lichaam inneemt.

 

De mens heeft tijd nodig om er het heden van te maken, want hij gaat er immers vanuit dat tijd het heden mogelijk maakt. Hij heeft klokken om de tijd te meten en tijd begon toen de klok werd uitgevonden.

 

Sinds de ontdekking van de tijd zijn de methodieken om tijd te meten geëvolueerd en verfijnd van rudimentaire waterklokken naar zeer geavanceerde atomische klokken. De mens wil eerst zien dat iets wetenschappelijk bewezen is, alvorens het als waarheid te valideren.

 

Als wat de wetenschap zegt voor de mens de waarheid is, is een attoseconde de tijdsinterval die hij in het heden tot zijn beschikking heeft. Een attoseconde is een miljardste van een miljardste van een seconde. Deze tijdsduur kan de geest zich noch voorstellen, noch kan de geest die in het heden ontcijferen. Maar desondanks is een attoseconde de tijd in het heden, als er al een heden is.

 

Dit betekent dat elk moment slechts een attoseconde duurt, en dat betekent weer dat de mens het heden slechts gedurende een attoseconde tot zijn beschikking heeft. Nogmaals, het is niet te bevatten dat welke handeling dan ook in het heden kan plaatsvinden, of dat er überhaupt een woord kan worden uitgesproken, als dit heden slechts een attoseconde duurt.

 

Het heden is het tijd- en gedachteloze ‘nu’, en dat is licht dat een waaier van optische illusies omvat die de wereld maken tot wat zij is. Het is ook geluid dat auditieve illusies projecteert die als het verleden, heden en de toekomst verschijnen.

 

© Copyright 2010 V. S. Shankar

 

 

Terug naar artikelpagina

 

 

back to articles page