Dr. Vijai S Shankar MD.PhD.

Religie & Mystiek

Nederland

Februari 2005

 

 

Hoe zou de mens deze bewering moeten benaderen?

Is deze bewering waar?

Wil deze bewering aangeven dat het mogelijk of onmogelijk is?

Wil deze bewering een dieper begrip van het leven onthullen?

 

Hoe zou de mens deze vragen moeten begrijpen? Moet de mens blind hopen op het einde van een tijd zodat iets nieuws kan beginnen? Het hopen op het einde van tijden is een indicatie dat de tijden nog niet geëindigd zijn en dat de mens op een of andere manier denkt of gelooft dat tijden in een verre toekomst zouden kunnen eindigen zodat er iets nieuws kan beginnen. Het einde van tijden betekent ofwel het einde van goede tijden of van slechte tijden. Met tijden wordt hier situaties bedoeld. De mens zal zeker niet wensen dat er een eind komt aan goede tijden zodat er iets nieuws kan beginnen. Met het begin van iets nieuws wordt normaal gesproken goede tijden bedoeld.

 

Het einde van een tijd betekent daarom het eind van een slechte tijd. De mens bidt om het einde van een slechte tijd en dit is het eeuwige verzoek van de mens aan God. Hoewel de mens bidt, plannen maakt en vurig hoopt op het einde van slechte tijden, lijken ze in alle uithoeken van de wereld aanwezig te zijn. Juist deze roep van de mens voor het beëindigen van slechte tijden is het bewijs dat ze feitelijk nog steeds aanwezig zijn in deze wereld. Als de mens er zeker van is dat tijden zouden moeten eindigen, zou God dit dan ook niet weten? En als God dit weet, waarom heeft God het er dan geen einde aan gemaakt, zodat er iets nieuws kan beginnen? Wil God dan niet iets nieuws laten beginnen?

 

In vele religieuze vormen en praktijken heeft men geprobeerd om slechte tijden te doen eindigen, maar nog steeds komen er slechte tijden. Daardoor gaat men zich afvragen of God wel in staat is om slechte tijden te beëindigen of dat God überhaupt gehoor geeft aan het verzoek van de mens. Misschien bestaat er wel niet zoiets als slechte tijden als een realiteit in het leven. Slechte tijden zijn misschien slechts een waanidee van de geest. Wellicht heeft de mens nog niet echt onderzocht of deze wel bestaan in het leven. Misschien is het idee van slechte tijden enkel een aanname, een gedachte, een idee, een conditionering of eenvoudigweg de afwezigheid van gedachten aan goede tijden!

 

Er staan vele opties open voor de mens om het einde van slechte tijden te bewerkstelligen. De mens volgt ijverig deze paden in de hoop dat ze de gewenste resultaten zullen opleveren. De vraag is echter wanneer dit zal gebeuren. Tot dusverre heeft het nog geen resultaat gehad, dus wat is de garantie dat dit in de verre toekomst wel zou kunnen gebeuren? Het enige dat dergelijke praktijken bewerkstelligen is een versterking van het verlangen om door te gaan met deze praktijken! Het is een droom en blijft een droom tot het einde van iemands leven! Maar dan is het te laat om te realiseren dat het slechts een droom was!

 

De mens is bereid om zich vast te klampen aan overtuigingen, omdat deze hem de troost bieden van een hoop op een betere toekomst. Deze hoop op een betere toekomst geeft hem het enthousiasme om weer een dag door te komen. De bewering dat het einde van een periode het begin is van iets nieuws biedt de mens de verwachting dat het ook zou kunnen gebeuren. Maar de vraag is of dit wel zo is. De mens is nog niet dapper genoeg om het leven onverbloemd onder ogen te zien en het leven op een dieper niveau te begrijpen.

 

Als men spreekt van het einde van een tijd, dan houdt dat in dat er überhaupt zoiets als een einde zou kunnen bestaan. Maar het universum is zonder begin en zonder einde. Als dit het inzicht is van een gerealiseerde ziel, hoe kan de mens dan nog steeds de overtuiging koesteren dat tijden een einde kunnen hebben? Het duidt ook op het fenomeen oorzaak en gevolg, namelijk dat het einde van een tijd iets nieuws zal brengen. Men dient echter te begrijpen dat de wereld zonder oorzaak of gevolg is. Elke oorzaak is een gevolg en elk gevolg is een oorzaak. Met andere woorden, de wereld is zonder oorzaak of gevolg. Al deze ideeën van oorzaak en gevolg zijn een illusie, want in het leven kan er geen absolute oorzaak of absoluut gevolg zijn. Er is geen scheidingspunt tussen oorzaak en gevolg. Het leven is een continu gebeuren.

 

Tijden zijn slechts een logische aanname van de geest. De geest kan slechts een betekenis toekennen aan het goede als ze dit scheidt van het slechte. Echter beide woorden, goed en slecht, staan niet los van elkaar. Beide zijn dezelfde energie! Goed is niets anders dan minimaal slecht en slecht is niets anders dan minimaal goed! Beide (goed en slecht) zijn aanwezig, zelfs wanneer de geest een van beide uitspreekt en zijn aandacht richt op de betekenis van dat bepaalde woord (goed of slecht).

 

De mens moet nog gaan beseffen dat er nooit een einde aan een tijd kan komen. Als er een einde aan een tijd zou komen dan zou de mentale wereld ophouden te bestaan. En dit kan niet gebeuren want energie kan niet worden vernietigd noch gecreëerd. Energie transformeert slechts van de ene vorm in een andere: van slecht naar goed en vervolgens van goed naar slecht. Deze kringloop van het leven gaat voort!

 

Een ander punt om te overdenken is het volgende: wie zou het einde van een tijd teweeg kunnen brengen? De mens zeker niet, want ten eerste is hij niet degene die de tijden bedacht heeft. Indien de mens de tijden zou hebben bedacht, zou hij dan wel slechte tijden creëren? Dat zou hij beslist niet doen. Daarom dient men zich te realiseren dat ‘een slechte tijd’ niet als werkelijkheid bestaat. Een nauwkeurige observatie laat zien dat slechte tijden of goede tijden slechts mentale oordelen zijn, gebaseerd op voorkeur en afkeer! Om goede tijden te waarderen heeft men een vergelijking nodig van wat men zou kunnen aanduiden met slechte tijden! Vandaar dat diegene die de tijden gecreëerd heeft een zeer intelligente taak heeft verricht. Alles bevindt zich precies op zijn plaats. En diezelfde intelligentie heeft ook het idee gecreëerd bij de mens dat het einde van een tijd het begin van iets nieuws is, met de bedoeling dat hij op zekere dag kan inzien dat dit niet mogelijk is! Dit inzicht is de dageraad van iets nieuws!

 

Tijden zullen altijd gedachten in de geest blijven. Dit kan niet worden uitgewist. Vanuit het absolute moet men genieten van dit relatieve schouwspel der tijden. De mens moet leren leven zonder zich vast te klampen aan enige vorm van hoop zodat het nieuwe zichzelf kan openbaren. Dat nieuwe leven zal ook weer verschillende tijden bevatten, en hem er niet toe aanzetten om deze te willen uitroeien.

 

Waarom zou men zich druk maken om te verlangen naar het einde van tijden? Tijden (situaties) eindigen toch wel, of de mens ze probeert te beëindigen of niet. Alle tijden zijn tijdelijk en niet permanent. Waarom zou men dan moeite doen om het tijdelijke te beëindigen, als tijdelijk op zichzelf al betekent dat het zal voorbijgaan. Als tijden permanent zouden zijn dan zou het logisch zijn om te proberen deze te beëindigen! Maar in het leven is niets permanent. Het leven verandert voortdurend, hetgeen betekent dat ook de tijden blijven veranderen! Het zien hoe de tijden veranderen, dát is het begin van het nieuwe!

 

Door een dergelijk begin van het nieuwe zal de mens zich realiseren dat men alles in deze wereld dient te accepteren en dat er niets afgewezen kan worden omdat men liever het tegenovergestelde wil; dat alles in het leven op z’n juiste plaats is; dat alles in het leven de mens helpt om in te zien dat er een absoluut punt is en zijn tegendeel, een relatief punt. Beide bevinden zich in het leven. Vanuit het absolute punt accepteer je het relatieve en dan wordt een mens totaal en nieuw! Echter als de mens zich enkel vastklampt aan het relatieve punt en geen begrip heeft van het absolute, dan zal de mens altijd erop uit zijn om situaties te beëindigen zodat er iets nieuws kan beginnen.

 

De mens dient te begrijpen dat het leven geaccepteerd moet worden zoals het zich manifesteert. En deze manifestatie heeft een mentaal kader dat mentale concepten koestert en het leven tot een schouwspel maakt – een schouwspel waarvan men dient te genieten, want het is niet de mens die dit schouwspel tot stand brengt! Dit schouwspel is louter een spel van licht en geluid. Bij een dergelijke projectie moet ongetwijfeld een enorme intelligentie betrokken zijn.

 

Het zich realiseren van een dergelijke intelligentie brengt het begin teweeg van iets nieuws; het einde van een tijd kan dit niet bewerkstelligen, eenvoudigweg omdat dit niet de bedoeling is!

 

© Copyright V.S. Shankar, 2005

 

 

Terug naar artikelpagina

 

 

back to articles page