Dr. Vijai S Shankar MD.PhD.

Gepubliceerd op www.advaitapublications.com

Nederland

12 Januari 2007

 

 

‘Alles in deze wereld is kunst’ – zo wordt gezegd – maar let wel, er wordt ook gezegd: ‘de wereld is een illusie’. Als alles kunst is, dan moet literatuur ook kunst zijn. Hoe zijn deze uitspraken met elkaar te rijmen en hoe kan men begrijpen dat literatuur ook kunst is? Als literatuur kunst is, kan er geen scheiding bestaan tussen kunst en literatuur. Ze kunnen eenvoudigweg niet gescheiden worden, want nergens in het leven is scheiding aanwezig; er kan helemaal geen scheiding bestaan in het leven, want leven is energie en energie is een doorgaande stroom. Kunst is daarom allesomvattend en het sluit niets uit, zoals vaak wordt gedacht. Men hoeft slechts in te zien dat literatuur kunst is en dat deze kunst, zoals elke vorm van kunst illusoir is en niet werkelijk, want de wereld is een visuele en auditieve illusie!

 

Men moet begrijpen dat naast de gebruikelijke vormen van kunst, zoals schilderkunst, beeldhouwen, dans en muziek, nog afgezien van literatuur, denken, spreken en doen eveneens kunst zijn - in feite een buitengewoon verfijnde vorm van kunst. Elke kunstvorm, ook literatuur, of het nu onderwezen of beoefend wordt, komt voort uit nabootsing en is niet oorspronkelijk. Creatieve kunst overkomt de mens spontaan, oncontroleerbaar en onvoorspelbaar voor de eerste keer; terwijl herhaling of nabootsing van anderen resulteert in nabootsende kunst. Natuurlijk overkomt ook nabootsende kunst de mens spontaan, oncontroleerbaar en onvoorspelbaar, maar hij heeft dit nog niet begrepen. Dat de mens kunst onderwijst, leert en beoefent is schijn en geen werkelijkheid, want om te onderwijzen, te leren en te beoefenen zijn tijd, geest, individu en handeling noodzakelijke voorwaarden, en deze zijn alle afwezig in het leven. Dat de mens kunst onderwijst, leert en beoefent is niet meer dan een geloof.

 

Creatieve kunst ontstaat als de mens overweldigd wordt door kunst. Kunst omsluit de mens, hij of zij heeft geen herinnering aan hoe het gebeurde, want hij is afwezig als kunst aanwezig is. Wat is dan deze kunst die de mens overmant, zich middels hem uitdrukt, hem volkomen machteloos laat om het te stoppen, te veranderen of te leiden? Deze kunst is de expressieve beweging van het leven. Het leven is een enkelvoudige, spontane, oncontroleerbare en onvoorspelbare beweging, die van richting verandert omdat de snelheid van gereflecteerd licht, meestal bewustzijn genoemd, verandert.

 

Het leven, dat energie is, transformeert zichzelf spontaan, oncontroleerbaar en onvoorspelbaar van de ene vorm in de andere. Dit transformatieproces uit zich in diverse bewegingsvormen, van rudimentaire bewegingen zoals die van lagere soorten, tot de hoog ontwikkelde bewegingen van de mens. Men moet begrijpen dat de mens een verder ontwikkelde vorm is van alle soorten die hem voorafgingen. Dit moet zo zijn want energie kan noch van de ene, noch van de andere vorm gescheiden worden. Alle bewegingen van de mens zijn daarom een verfijning van elke beweging die voorafgaande soorten hebben gekend. Het transformatie-proces van energie is ‘Goddelijke’ kunst!

 

Sommige van deze verfijnde bewegingen zijn bekend geworden als ‘kunst’, zoals schilderkunst, beeldhouwkunst, dans, zang en muziek. Bij het schilderen is het van belang op te merken dat er geen kloof bestaat tussen de schilder, zijn kwast en het doek waarop het schilderen plaatsvindt. Men kan nooit vaststellen wie nu werkelijk de schilder is. Het zou net zo goed alleen de kwast, alleen het doek of zelfs alleen de mens kunnen zijn. Het enige dat men kan zeggen is dat alle drie, de schilder, de kwast en het doek, bewegen als een aparte eenheid. Deze enkelvoudige beweging, waarvan begin en einde niet bepaald kunnen worden, creëert een visuele illusie dat de mens als schilder een schilderij maakt. Dit is niet waar. Het schilderij maakt zichzelf! De handeling van het schilderen is daarom een visuele illusie. Schilderen als een handeling bestaat niet, want er is geen tijd, geest of individu in het leven! Deze enkelvoudige beweging is kunst. Er is alleen een enkelvoudige beweging – en dat is het leven. Het leven is kunst – tot in het kleinste detail. De zon die opkomt tussen de heuvels tegen de achtergrond van een meer is een belichaming van kunst. De zon die ondergaat achter de horizon van de zee is magische kunst. De glinsterende regenboog die een waterval omspant is onovertrefbare kunst. De twinkelende sterren, de vallende ster en de vlammende komeet in de donkere nacht zijn kunstvormen van een hemelse orde. De sierlijke rij van kleurrijke vissen die zwemmen in helder water is kunst – te mooi om te missen. Ontluikende bloemen in een vallei in de lente is een schouwspel van kunst. Er is geen gebrek aan kunst in het leven!

 

Net zoals het scheppend schilderen een visuele illusie is, zo zijn ook leren, onderwijzen en oefenen een visuele illusie. Beide vormen van kunst, de scheppende en de nabootsende, zijn visuele illusies. In beide gevallen beweegt het lichaam zich op een verfijnde manier, die scheppend of nabootsend lijkt te zijn: en zo gaat het ook bij alle andere vormen van kunst. Ze zijn louter een visuele illusie die gemanifesteerd wordt door gereflecteerd licht. Het leven is dermate intelligent dat het kunst als een overtuigende werkelijkheid manifesteert. Daarom is kunst in wezen beweging!

 

Als dat het geval is, moeten ook lopen, rennen etc. kunst zijn. En dat is ook zo, maar ze worden als zo iets gewoons opgevat, dat ze niet meer als kunst beschouwd worden. Op het moment dat de mens begon te lopen en zich begon te realiseren dat hij kon lopen, dat hij liep: dat moet voor de prehistorische mens kunst geweest zijn. Eenvoudige handelingen die de mens overkwamen en die hij voor de eerste keer opmerkte, moeten allemaal kunst voor hem zijn geweest. Toen dergelijke vormen van kunst voor iedereen gewoon en vertrouwd werden, verloren ze hun status van ‘kunst’ en werden ze alledaagse handelingen. Terwijl het leven zich verder ontwikkelde, bracht het bij slechts een klein aantal mensen meer verfijnde bewegingen tot uitdrukking. Deze bewegingen werden beschouwd als ‘kunst’, want ze kwamen nu eenmaal niet tot uitdrukking bij alle mensen, zoals lopen etc. Als dat wat door iedereen als kunst geprezen wordt, iedereen overkomt, dan kan ‘kunst’ helemaal geen kunst meer zijn. Kunst zou niet bestaan! Kunst is slechts verfijnde beweging die gebeurt bij een aantal mensen en geïmiteerd wordt door velen! Of het nu scheppende of nabootsende kunst is, het is hoe dan ook een enkelvoudige, spontane, niet te controleren en onvoorspelbare beweging die als kunst verschijnt!

 

Wat is literatuur? En hoe kan het kunst zijn? Literatuur is niets anders dan geschreven woorden, maar, net als bij het schilderen, kán de mens schrijven of gebeurt het schrijven gewoon? Net als bij de verf, de kwast en het doek zijn ook de pen, het papier en de vingers van de hand één enkele eenheid en geen van deze drie kan de verantwoordelijkheid voor het schrijven opeisen. Schrijven is daarentegen niets anders dan het miniatuur schilderen van vormen van verschillende grootte die heel dicht bij elkaar gezet worden en die een visuele illusie van woorden teweegbrengen! Woorden zijn afwezig op het papier; wat op het papier aanwezig is, is zwarte inkt in verschillende patronen. Visuele vertrouwdheid met die patronen laat woorden opkomen die een illusoire betekenis dragen. Deze betekenissen vormen vervolgens samen de taal. Het schrijven is in feite geen handeling. Het is slechts een beweging die deel uitmaakt van de enkelvoudige beweging, die zich aan de mens moest voltrekken, en dit doet zich voor als schrijven! Omdat schrijven eveneens een deel is van deze enkelvoudige, spontane, oncontroleerbare en onvoorspelbare beweging, is het ook kunst! Het huilen van een pasgeborene is hoorbare kunst voor de nieuwe moeder. Het eerste woordje dat een kind spreekt is hartveroverende kunst voor de trotse ouders: het is literatuur voor de ouders. Een begaafd spreker klinkt als hypnotiserende kunst voor zijn gehoor. Het gegons van een kolibrie, het roepen van een pauw, al de verschillende geluiden van de natuur zijn literatuur in wording, want deze geluiden zullen te zijner tijd transformeren en zich verder ontwikkelen om als literatuur van de mens te voorschijn te komen! De intelligentie van het leven is niet iets vanzelfsprekends. Deze intelligentie is zelf kunst!

 

Terwijl literatuur ontstaat, is het bewegende kunst, maar wanneer het vastgelegd wordt in boeken en op boekenplanken wordt het statische kunst. Literatuur die statisch geworden is, kan weer bewegende kunst worden als door middel van denken, spreken en schrijven literatuur van welk type ook naar buiten gebracht wordt: klassiek, academisch, religieus, spiritueel en wetenschappelijk. Dit zijn oppervlakkige typen van literatuur waarin de mens over het algemeen geïnteresseerd is, omdat ze aantrekkelijk zijn voor het ego. Dit soort literatuur doet de mens geloven dat hij of zij ‘iemand’ is – iemand met een sociale identiteit. Zo’n identiteit is echter nabootsende kunst, tijdelijk en daarom illusoir. Een echte identiteit is iets dat eeuwig is en niet verandert, maar in het leven veranderen identiteiten wel en de mens kan geen identiteit bedenken die niet verandert. In feite kan een identiteit die men kent en die niet verandert, helemaal niet bestaan. Nabootsende of oppervlakkige literatuur leidt de mens niet naar zijn ware identiteit. Er bestaat echter diepgaande literatuur die de mens naar zijn ware identiteit leidt, die nooit gekend kan worden of ooit tot het kenbare kan gaan behoren. Deze literatuur behoort de verlichte mens toe. Deze literatuur ontstaat wanneer men begrijpt dat alle talen slechts klanken zijn, en dat deze klanken illusoire woorden voortbrengen met hun betekenissen en daarmee een illusoire kunst scheppen: het mentale leven! Op het moment dat begrepen wordt dat literatuur niets anders dan klank is, zal de mens op een spontane, oncontroleerbare en onvoorspelbare manier terecht komen in creatieve of diepe literatuur: een gedachteloze staat van het tijdloze ‘nu’ en het onnoembare ‘hier’. In deze diepe literatuur heeft de mens geen identiteit. De mens blijft daar niet langer een mens; hij wordt een mysticus – een mysterie, een verlicht wezen! Dit is werkelijke kunst!

 

Het denken en spreken van de mens gebeurt, zoals schrijven gebeurt. De mens kan het denken en spreken niet teweegbrengen, net zo min als het schilderen etc. Hij kan ze niet teweegbrengen, omdat ze niet bestaan in het leven. Denken en spreken zijn respectievelijk subtiele en grove klanken die de mens overkomen, en dit doet een hoorbare illusie van woorden en betekenissen ontstaan. Gedachten zijn voortdurend in beweging in de geest. Zij komen spontaan, oncontroleerbaar en onvoorspelbaar op in de mens. Hij kan het moment waarop het denken of het spreken begint niet exact vaststellen, noch wát hij gaat denken of spreken. Daarom zijn denken en spreken zeer verfijnde vormen van kunst. Ze zijn voortgekomen uit rudimentaire klanken van het planten- en dierenrijk.

 

Het plantenrijk en het dierenrijk hebben geen enkele controle over de klanken die zij voortbrengen en op dezelfde manier heeft ook de mens geen controle over wat hij denkt of zegt. Als hij er wel controle over had, dan zou hij zeker denken en zeggen wat hijzelf en anderen het liefst zouden horen. In dat geval zou er met geen mogelijkheid ooit een schouwspel kunnen plaatsvinden. De mens zou zich vervelen en het leven zou niet die artistieke klank hebben. Het zou nog steeds kunst zijn, maar dan wel zonder pit! Als de mens werkelijk in staat was te denken, dan zou hij heel goed weten hoe te stoppen met denken! Hij zou voortdurend zonder gedachten zijn, en verlichting, die een gedachteloze staat is, zou op zijn wenken beschikbaar zijn! Dit is simpelweg niet mogelijk, want denken en spreken zijn zeer ver ontwikkelde vormen van kunst en deze kunst is nooit af totdat de dood intreedt! Om deze reden worden de overledenen gemist door hun nabestaanden. De kunst van het denken, spreken en handelen kan niet meer bewonderd worden.

 

Het leven manifesteert middels de geest een intelligent soort schouwspel door gebruik te maken van de kunst van het denken en spreken, een kunst, hoe illusoir ook, die de mens aangenaam bezighoudt. De wereld is een kunstzinnig schouwspel dat geen enkele werkelijkheidswaarde heeft. Alle vormen van kunst zijn met elkaar verbonden. Lopen, werken, schilderen, dansen, zingen, spelen, de natuurlijke functies van het lichaam, voortplanting, religieuze, spirituele en wetenschappelijke activiteiten etc., ze zijn alle met elkaar verbonden en ze zijn niets anders dan kunst! Er is geen enkele scheiding tussen hen. Er is geen scheiding, want er bestaan geen aparte handelingen in het leven. Geniet van deze kunst, bewonder deze kunst en niet enkel de kunst die in galerieën, tentoonstellingen en musea te zien is. Bewonder de kunst die het leven ieder moment toont: het kan elk moment afgelopen zijn. Door de kunst van het leven voortdurend te bewonderen wordt een mens eeuwig als de kunst zelf. Door kunst te worden, wordt men verlicht. Verlichting is absolute kunst op het moment dat men de illusoire aard van de geest en de wereld heeft doorgrond. Het gezegde ‘Alles in deze wereld is kunst’ is daarom waar, want het leven is de kunstenaar die ‘Alles’ is.

 

© Copyright V. S. Shankar 2007

 

 

 

Terug naar artikelpagina

 

 

back to articles page