Dr. Vijai S Shankar MD.PhD.

Gepubliceerd op www.acadun.com

Nederland

20 Mei 2013

 

 

Wat denkt de mens?

 

Denken is iets bedoelen. Het is dus duidelijk dat het antwoord op de vraag ‘wat denkt de mens?’ is: de mens denkt woorden die betekenis hebben. Maar de mens kan niet alleen een betekenis denken, hoe hard hij dat ook probeert. Zelfs om de vraag ‘wat denkt de mens?’ te beantwoorden, zijn woorden nodig. De mens denkt daarom woorden die een betekenis hebben, en niet een betekenis op zichzelf.

 

Vandaar dat de mens niet in staat was te denken, totdat zich woorden ontwikkelden die een betekenis hadden. Het intellect heeft op mysterieuze wijze een betekenis gegeven aan een woord vanuit zijn tegengestelde. Het is het tegengestelde woord dat betekenis schenkt aan een woord, hoewel het tegengestelde woord op zichzelf geen betekenis heeft. Bijvoorbeeld, goed heeft betekenis vanwege slecht en omgekeerd. Daarom is het denken een mysterieus vermogen dat zich heeft ontwikkeld in de mens.

 

Maar wat zou het denken kunnen zijn? De hedendaagse mens begrijpt dat het denken een proces is van iets beredeneren. Hij begrijpt ook dat woorden nodig zijn om te redeneren. Dus het is voor de hedendaagse mens eenvoudig te begrijpen dat woorden de basale voorwaarde zijn om te kunnen denken, redeneren of logica toe te passen.

 

Het is niet ingewikkeld om te begrijpen dat, in welke taal dan ook, een letter slechts een geluid is en een woord een proces is van letters. Dit kan alleen maar betekenen dat geluid zich heeft ontwikkeld tot een letter; dat een proces van letters een woord vormt en dat denken een proces is van woorden.

 

Het is duidelijk dat geluid, dat ontwikkeld is tot een letter of een woord, een natuurlijke eigenschap is van het leven. Er zijn diverse geluiden aanwezig in de natuur en ook in de mens, want hij is onderdeel van de natuur en er niet van gescheiden. Elke taal is een verzameling geluiden in de mens, die zich heeft ontwikkeld tot woorden met een betekenis.

 

Hoe dacht de primitieve mens? De primitieve mens leefde instinctief op zicht, geluid, geur, smaak en gevoel. De instinctieve leefwijze van de primitieve mens heeft zich ontwikkeld in de hedendaagse mens tot de mogelijkheid om middels woorden te denken, zien, horen, ruiken, proeven en voelen, hoewel het individu niets doet om zicht, geluid, geur, smaak en gevoel voort te brengen.

 

Gedurende de evolutie raakte de primitieve mens eerst bekend met de wereld en later herkende en identificeerde hij de wereld. Nadat de mens vertrouwd was geraakt aan het identificeren van de wereld om hem heen, ontwikkelde zich het denken in de mens. Zelfs nu nog begint een baby pas te denken nadat hij de wereld heeft leren kennen en in staat is de wereld om hem heen te identificeren.

 

De primitieve mens paste zich op natuurlijke wijze aan aan de wereld door middel van het instinct en haast op dezelfde wijze past de hedendaagse mens zich op natuurlijke wijze aan aan de wereld door middel van het denken. De mens is niet in staat om de geluiden van de natuur te controleren, want zij ontwikkelen zich spontaan, onvoorspelbaar en oncontroleerbaar. Evenzo kan de mens de geluiden in zijn lichaam niet controleren, want zij ontwikkelen zich spontaan, onvoorspelbaar en oncontroleerbaar tijdens de circulatie, vertering en ademhaling, inclusief de geluiden die op mysterieuze wijze verschijnen als denken in de geest.

 

Als de mens het proces van denken wil controleren, zal hij eerst in staat moeten zijn om geluid te controleren. Dit zou kunnen mits de mens in staat zou zijn om de evolutie te controleren, wat onmogelijk is. Dus denken gebeurt bij de mens, wat dat ook moge zijn, en hij maakt niet dat denken gebeurt.

 

De mens denkt dat hij voor zichzelf kan denken en voor de ander, maar hij kan niet voor de ander denken, noch voor zichzelf, want het denken gebeurt bij de ander net zoals het bij hemzelf gebeurt. Het denken is misschien hetzelfde, maar niet identiek. Als metafoor: een bepaalde soort vrucht aan verschillende bomen kunnen dezelfde zijn, maar niet identiek in kwantiteit of kwaliteit.

 

Dus wat denkt de mens? Het leven heeft de mens ontwikkeld om te denken, welke geluiden er dan ook zijn in zijn geest, die op mysterieuze wijze verschijnen, spontaan, onvoorspelbaar en oncontroleerbaar, als woorden met een betekenis.

 


Auteur: Dr. Vijai S. Shankar
© Copyright V. S. Shankar 2013

 

 

Terug naar artikelpagina

 

back to articles page