Dr. Vijai S Shankar MD.PhD.

Gepubliceerd op www.acadun.com

Nederland

21 februari 2009

 

 

‘ondubbelzinnige herinnering’

 

De geboorte van een mens is een moment van blijdschap en van uitgelatenheid en kondigt een reeks van vieringen aan. Het is iets universeels en het scala aan vieringen laat zien hoe bemiddeld de betrokken ouders zijn. Het kopen van nieuwe spullen gaat met dezelfde emoties gepaard en omdat dit veel gebeurt, zijn ook hier de vieringen talrijk en gevarieerd. Ook de aankoop van een huis is doorgaans een reden voor een feest.

 

Het leven is een transformatieproces van energie. Het is een doorlopend proces dat spontaan, oncontroleerbaar en onvoorspelbaar plaatsvindt. Het proces heeft geen begin en geen einde, wat betekent dat geen mens kan weten wanneer het begon en wanneer het zal eindigen. Ouderdom is een goede graadmeter voor dit specifieke transformatieproces.

 

Alles wat bestaat is aan veroudering onderhevig en dat is voor niemand een verrassing. Het is iets vanzelfsprekends en ouderdom is hierbij geen uitzondering. Dit verouderingsproces heeft dus betrekking op alles wat leeft en op voorwerpen. Als een voorwerp z’n tijd heeft gehad of kapot is gegaan, en het is erg kostbaar, voelt een mens zich terneergeslagen en droevig. Als het verlies ook nog eens een sentimentele waarde heeft, is de teleurstelling compleet. Zo niet, dan vertrouwt hij het voorwerp snel aan de vuilnisbak toe, waar het volgens hem thuishoort.

 

Niet lang daarna vervangt hij het verloren gegane voorwerp met een andere dat, of vergelijkbaar, of totaal verschillend is van het vorige. Misschien vindt hij wederom iets wat voor hem sentimentele waarde heeft, zodat de oorspronkelijke sentimentele gevoelens kunnen worden voortgezet. Zijn emoties zijn minimaal als er bij de buren een voorwerp verloren gaat en de uitkomst hiervan is een sociaal wenselijk medeleven in de vorm van een kaart of bloemen.

 

De reactie van de mens is zelfzuchtig, want zijn gevoel van verlies is minder als het slachtoffer een vreemde is. Ook is hij niet bezorgd over voorwerpen die elders in de wereld verloren gaan, terwijl dit wel gebeurt, want het transformatieproces is immers universeel.

 

Hij is niet zo van streek of terneergeslagen als vegetatie verloren gaat: misschien laat hij een paar traantjes, maar zaait dan snel nieuw zaad in de grond. Grootschalige vernietiging van vegetatie als gevolg van brandstichting of natuurrampen vindt de mens aanvankelijk vreselijk, maar een goed gesprek in de lokale kroeg, club of gebedsplaats, helpt hem snel over zijn emotionele dieptepunt en gevoel van wanhoop heen. Men wendt zich via gebeden tot het goddelijke, opdat zulke rampen aan het land, de gemeenschap of welke plaats in de wereld dan ook voorbij zullen gaan.

 

Maar gebeurt niet alles in de wereld, omdat de almachtige het toelaat of zo wil? Als dat waar was, waarom voorkomt de almachtige de verliezen dan niet? Het transformatieproces is iets wat de mens nog moet begrijpen en conclusies over dit proces vinden plaats, zodat de mens kan begrijpen dat elke conclusie illusoir is - over een doorlopend transformatieproces kan geen conclusie worden getrokken.

 

De vraag is of een transformatieproces aan zijn einde kan komen. Dat kan het niet, want als de betekenis van transformatie echt is, betekent dat, dat transformatie niet eindig is, omdat het zal doorgaan voor datgene wat ‘beëindigd’ is.

 

Met ouderdom wordt alleen gerefereerd aan mensen en dieren en niet aan vegetatie of voorwerpen. Maar wat ís ouderdom eigenlijk of wat zou het kunnen zijn? Zou ouderdom wel kunnen bestaan in een transformatieproces? Zou het proces niet vereisen dat het oude en het nieuwe door hetzelfde moment wordt omvat? Dat zou het zeker. En kan een dergelijk fenomeen onderhevig zijn aan tijd?

 

Dat zou niet kunnen, want tijd suggereert de mogelijkheid om te herkennen dat het oude los staat van het nieuwe. Als dat zo was, zou de wereld op een bepaald moment in de tijd moeten zijn begonnen en daarom ook weer een keer moeten eindigen. Transformatie betekent dat het oude als het nieuwe transformeert, waarbij het nieuwe in hetzelfde moment weer oud is, en ze niet afgebakend of van elkaar gescheiden kunnen zijn.

 

Als het begin van de wereld herkenbaar was, zou de mens weten wanneer geboorte begint en wanneer jeugd, adolescentie, middelbare leeftijd en ouderdom aanvangen en op welke moment ouderdom uiteindelijk ten einde loopt. Maar heeft de mens hier helderheid over? Hoe zou hij die kunnen hebben als het leven tijd- en gedachteloos is? Hoe zou hij die kunnen hebben als het leven een enkelvoudig transformatieproces is?

 

Welnu, wat zou ouderdom kunnen zijn? Wat komt er na ouderdom? Als het leven een cirkel is, en dat moet het wel zijn als het geen begin en geen einde heeft, zou er voor elk punt in de cirkel geen absolute oorzaak of absoluut gevolg gevonden kunnen worden, want elk punt in de cirkel zou die oorzaak en dat gevolg zijn. Het leven kent geen oorzaak en gevolg, wat dus betekent dat een einde in de vorm van een ‘gevolg’ ook niet gevonden kan worden. Met andere woorden, ouderdom impliceert niet dat het einde van het leven eraan komt - ouderdom houdt de eerste stappen van geboorte in, net zoals geboorte de eerste stappen van ouderdom inhoudt.

 

We zien dus dat, omdat het leven een transformatieproces van energie is, ouderdom inherent is aan geboorte en geboorte inherent is aan ouderdom. Dit proces projecteert een optische en auditieve illusie van geboorte, jeugd, middelbare leeftijd en ouderdom. Ouderdom is dus iets wat gevierd zou moeten worden, want het kondigt de komst van een geboorte aan die te zijner tijd gevierd zal worden. De cyclus van vieringen is ononderbroken, mits het leven op de juiste wijze wordt begrepen. Elk fase van het leven zou gevierd moeten worden, omdat hij overgaat in de volgende, en omdat ieder moment op elke leeftijd de eerste stap van de volgende fase in het leven is.

 

Ouderdom heeft uiteindelijk op alles en iedereen in het leven betrekking. Het is een graadmeter voor het transformatieproces en een kans om te beseffen hoe kostbaar het leven is. Het kleine meisje of jongetje in de straat zal uiteindelijk transformeren in een oude dame of man met krukken. Elke functie en elk zintuig gaat door zijn cyclus van geboorte-groei-verval heen om weer opnieuw geboren te worden. Elke leeftijd is een illusoire manifestatie van licht en geluid en geen actualiteit in tijd en ruimte.

 

Is leeftijd een getal? Hoe zou dat kunnen, als het leven geen begin en geen einde heeft? Welk moment in het leven zou het begin van ouderdom, of van welke leeftijd dan ook, kunnen zijn? Ouderdom is geen getal: het is een staat van energie die een optische illusie van wanhoop, afhankelijkheid en moedeloosheid reflecteert. Hetzelfde levenslustige, vitale en enthousiaste kleine meisje of jongetje transformeert naar een staat van apathie, immobiliteit en weemoed.

 

Tijdens de kindertijd wordt het kind verteld wat het wel en niet moet doen, wat het wel en niet moet zeggen en wat het wel en niet moet denken. Ook ouderen wordt verteld wat ze wel en niet moeten doen, wat ze wel en niet moeten zeggen en wat ze wel en niet moeten denken. Allemaal uiteraard met de allerbeste bedoelingen, maar betekent dit soms dat een kind en een oude man of vrouw zelf niet weten wat ze moeten denken, zeggen en doen?

 

Dat betekent het inderdaad, en het is een ondubbelzinnige herinnering aan het feit dat de mens van middelbare leeftijd dat ook niet weet. Begrijp dat het, ongeacht de leeftijd, niet de mens is die denkt, spreekt en handelt. Op middelbare leeftijd denkt de mens te weten wat hij moet denken, zeggen en doen, maar hij realiseert zich niet dat het gewoon gebeurt. Het leven voltrekt zich aan de mens - hij brengt het niet teweeg. Het leven vindt plaats als het denken, spreken en handelen van de mens.

 

Het is de uitbundigheid van het leven dat zich kenbaar maakt als het spreken van een kind; het is de vitaliteit van het leven dat zich uitdrukt als de bewegingen en het spel van een kind; het is het enthousiasme van het leven dat een kind voortstuwt naar zijn doelen, al zijn ze nog zo illusoir. Al deze kwaliteiten van het leven hebben hun beloop en als de reis op z’n retour is, komen ze ons voor als apathie, immobiliteit en weemoed. Als je de cirkel van het leven eenmaal begrijpt, zal dat zich weerspiegelen in liefde en compassie voor ouderen, zal ongeduld vervangen worden door geduld en onze zorgzaamheid en betrokkenheid oprecht zijn.

 

Het is geen liefde waarmee kinderen of ouderen bejegend worden, want de geest is op voordeel uit en weet daarom niet wat liefde is. Als een mens een leeftijdgenoot ontmoet, is de focus op eigen belang wederzijds en gedeeld, waardoor het leven reden lijkt te geven voor opwinding. Maar als de berekenende geest met iemand te doen heeft die al op leeftijd is, levert hem dat niets op en kookt er ongeduld van binnen. Een mens op leeftijd verdient het niet om ergens ondergebracht te worden om te worden verzorgd, maar hoort deze zorg thuis te krijgen, iets wat hem of haar sowieso al toekwam. De oudere mens besteedde, toen hij of zij zelf jong was, de zorg voor zijn of haar kinderen ook niet uit, maar zorgde zelf voor hen, in voor- en tegenspoed.

 

De liefde voor kinderen is in feite de liefde voor onze verwachtingen van hen, en de liefde voor de oudere mens is een beleefde manier om hen te verzoeken om ‘plaats te maken’. Liefde is onvoorwaardelijk, niet voorwaardelijk. Iedereen wacht tot de oude man sterft, zodat zijn bezittingen en spaargeld kunnen worden verdeeld, hetzij in pais en vree, of via de rechter.

 

Nadat we deze planeet een poosje hebben mogen opluisteren worden we uiteindelijk allemaal oud. Het leven is een verouderingsproces dat abrupt kan aflopen. Het kan soepel verlopen of een wilde, naar ouderdom leidende rit zijn. De manier waarop iemand oud wordt kan niemand van tevoren weten. De gevarieerdheid waarmee dat gebeurt kent geen grenzen, omdat het leven onbegrensd is. Ouderdom kan bol staan van ziektes of daar juist vrij van zijn. Men kan mobiel zijn of beperkte bewegingsvrijheid hebben. De natuurlijke lichamelijke functies kunnen goed functioneren of haperen. Zicht, gehoor, smaak en ons vermogen om te ruiken en te voelen kunnen wel of niet optimaal zijn.

 

Niemand kan zeggen wat ouderdom voor ons in petto heeft. Een mens wordt misschien niet eens oud – wie zal het zeggen? Wees daarom dankbaar als je een hoge leeftijd bereikt en respecteer hen die op leeftijd zijn, en help hen om er waardig doorheen te gaan. Het zijn de ouderen die leven aan de jongeren hebben geschonken en niet andersom. Het zijn de ouderen die jou de mogelijkheid hebben gegeven om hier te zijn. Jij had hier niet kunnen zijn als zij er niet waren geweest. Als je dit beseft, zullen dankbaarheid en respect voor de oudere mens zich in jou onthullen. God is overal en de oudere mens is zoals God er ook uitziet.

 

 

© Copyright 2009 V. S. Shankar

 

 

Terug naar artikel pagina

 

 

back to articles page