van Dr. Vijai S Shankar MD.PhD.

Voorwoord van
Peter Julian Capper

 

Contents
1. Lacking
2. Choosing
3. Expectations
4. Opinions
5. Conclusions


6. Explanations
7. Controversies
8. Worries
9. Nothing Wrong
10. Understanding

 

Voorwoord

Iedere man of vrouw denkt en vindt dat hij of zij het beste verdient. Daarom bedelt, verzoekt, bidt of pleit iedere man of vrouw op zijn of haar wijze bij een goddelijke kracht om wat hij denkt dat hij tekort komt, of wat zijn familie tekort komt aan hem te verlenen. De mens is er van overtuigd dat het hem aan niets zou moeten ontbreken. Als hij niet wil dat het hem aan iets ontbreekt, waarom brengt hij dan niet alles wat hij wil met zich mee, wanneer hij in deze wereld komt? Omdat de mens gelooft dat hij iets kan bezitten, verlangt hij, en wanneer zijn verlangens niet vervuld worden, voelt hij het ontbreken van zowel het mentale als de fysieke bezittingen. De kracht in het hoofdstuk ‘Lacking’ (Ontberen) levert de realisatie van het heden op – het gedachteloze en tijdloze ‘nu’ waar geen spoor van verlangen om te bemachtigen of te bezitten is. Begrijpen dat de geest niets anders kan doen dan het ervaren van wat ontbeert is een prachtige gift, zelfs als er niemand is om dit ontberen te kunnen ervaren. Wat is het toch een illusie!

 

De mens leeft als een hond die zijn eigen staart achtervolgt – hij rent rondjes – en realiseert zich niet dat wat hij achtervolgt nooit echt bereikt kan worden! Een absurde manier van leven, of eigenlijk, om niet te leven; zo leefde ook de mythologische figuur Tantalus zijn leven, gestraft door de goden, kreeg hij voortdurend water of druiven aangeboden, en altijd wanneer hij ze probeerde te pakken, om zijn dorst te lessen of zijn honger te stillen, kwamen ze buiten zijn bereik! Fortuinlijk is de man die, de wijsheid uit het hoofdstuk getiteld ‘Lacking’ begrepen heeft, en met het leven meegaat, ofwel het leven vergezelt in zijn mysterieuze ontvouwen, zonder dat het hem aan iets ontbreekt.

 

‘Kies, maar kies goed’ zijn wijze woorden voor de geest, net zoals ‘denk na voor je springt’ dat zijn. De mens kiest omdat hij het gevoel heeft dat het hem aan veel dingen ontbreekt. Daarom wordt hij overspoeld met juiste keuzes om te maken en hoewel hij zeer nauwgezet kiest, begeleid en geholpen door de logica, religie en spiritualiteit, wijst de ervaring uit dat hij niet ‘nadacht voor hij sprong’. De omvang van de geest is heel groot en bevat en biedt de mens veel verschillende keuzes, die voor hem het evangelie zijn om hem te helpen ‘na te denken voor hij springt’. Het begrip dat zich aandient door het bestuderen van slechts één hoofdstuk van dit deel, ‘Choosing’ (Kiezen), dat aantoont hoe misleidend de geest en de kracht van het ego is, hoewel illusoir, in het beïnvloeden van zo’n groot deel van het leven van de mens, is echt een geschenk van God. De illusie van keuze is zo mooi – maar nog veel mooier is de wijsheid die de illusie onthult en de uiteindelijke keuze van keuzeloosheid biedt, zonder dat het een keuze is!

 

Als consequentie van de van de keuzes die hij of zij maakt, heeft de mens verwachtingen. Het licht dat wordt geworpen op het leven dat we leiden, dat we via en door de verwachtingen, de hoop, angsten en verwachtingen van de geest – zowel de negatieven en de positieve – die een onnoemelijke variatie aan illusies oproepen, is een gezegend licht, gegeven door de wijsheid van het hoofdstuk getiteld ‘Expectations’ (Verwachtingen). Gedurende de tijd om dit hoofdstuk te bestuderen en er over te bespiegelen, zal de geest lijken te verschijnen als een dier in het nauw die woede, eenzaamheid en zelfs haat ervaart. Er zal echter een groeiende realisatie zijn, dat zelfs dit illusoire en woedende dier de manifestatie van het leven zelf is, een vorm van God Zelf, en niet op enige wijze ‘anders’. En toch is deze groeiende realisatie niet van iemand – het is gewoonweg daar, samen met een diepe dankbaarheid. Dat God zowel de illusie als de werkelijkheid is, is wel heel duidelijk bij het begrijpen van dit hoofdstuk.

 

Tegelijk met keuzes komen verwachtingen: dit is onvermijdelijk. Zonder meningen heeft de mens geen houvast in het leven, daar deze als kompas dienen, een gevoel van richting gevend bij de keuzes die hij in het leven maakt. Meningen geven hem de zekerheid dat hij niet verdwaald is, maar een wijs mens begrijpt dat meningen hem naar geen enkele plaats van waarde of realiteit loodsen. Door zijn meningen is de mens de weg kwijt en door dit te begrijpen wordt hij naar zijn ware bestemming gegidst. De geest wordt gevoed door meningen, maar op zodanige wijze dat de mens er nauwelijks bewust van is. Hij weet dat hij ‘eigenzinnig’ is, maar hij heeft geen flauw benul van de ellende en de misleiding die dat tot gevolg heeft. Zijn meningen voegen niets toe aan de kwaliteit van zijn leven, noch voegen ze er een greintje van ‘toegevoegde waarde’ aan toe, nochtans zit hij gevangen in het web van meningen, een web dat hij deelt met ieder ander mens. En toch is hier het geschenk van het leven, dat werkelijk begrip van zijn dilemma aanbiedt, in het hoofdstuk getiteld ‘Opinions’ (Meningen).

 

Voortgedreven door meningen, bezwijkt de mens voor de passie die de geest heeft voor het trekken van conclusies. Hij verdedigt ze met hand en tand en dringt ze op aan degenen die minder opstandig of minder gedwee zijn. Niets ontsnapt aan de veroordelende conclusie – zelfs de geurige bloem die zijn schoonheid tentoonspreidt, opdat iedereen er van kan genieten: het is een ‘dit’ of een ‘dat’; of ‘is het werkelijk zo?’ ‘weet je het zeker?’ Het kind of de jonge man, wiens leven een onverwachte wending heeft genomen, is ‘de weg kwijtgeraakt’, of ‘hij zal niet het hoogste rendement uit zijn talenten halen’! Het aanschouwen dat de geest deze conclusies voortbrengt, en honderden soortgelijke, houdt in dat de conclusies, zonder enige spoor na te laten, vervliegen! Er zit zo veel vrijheid in het genieten van wat het leven ieder moment biedt, zodra er enige realisatie van dit eindeloze proces van concluderen is, die de mens nergens heenleidt, maar de ‘conclusietrekker’ slechts gevangen houdt in een steeds-strakker-wordende-strop – die er niet is! Dit begrip wordt – zoals men zegt – aangeboden op een zilveren schaal, in het hoofdstuk getiteld ‘Conclusions’ (Conclusies).

 

Op het moment dat de mens concludeert, moet hij of zij uitleg geven. Hij moet nog gaan begrijpen dat er geen uitleg is die zekerheid in het leven tot stand brengt. Er bestaat geen ander keuze dan het leven te vertrouwen – bij het bestuderen van dit hoofdstuk ‘Explanations’ (Verklaringen/Uitleg) begint deze realisatie te dagen. Omdat de geest niet in het heden bestaat, is het niet in staat om het leven te begrijpen en te vertrouwen, dus neemt het zijn toevlucht tot alles waar het op kan vertrouwen – verklaringen en uitleg van waarom dingen plaatsvinden, hebben plaatsgevonden en zullen plaatsvinden. Het begrijpen van de wijsheid die in dit hoofdstuk wordt aangeboden, verdiept zich geleidelijk aan, zodat het vooruitkijken of terugkijken de mens niet langer agiteert. Het leren om slechts getuige te zijn van de geest en het begrijpen van zijn aard, is het geheim – het is nochtans niet eenvoudig.

 

Verklaringen en uitleg leiden slechts tot controverses en nooit tot tevredenheid: een spel in een spel – zo is het leven en zijn controverses. Zodra het ego zichzelf handhaaft en al het begrip van het leven terzijde schuift, maakt hij bekend wat zijn controversiële gezichtspunt op het leven is, zoals hij het ziet, en moet hij het wel verdedigen, zelfs zozeer dat zelfs de dood verkozen wordt, waarover hij reeds zijn controversiële standpunt bekend heeft gemaakt! De wijsheid uit het hoofdstuk ‘Controversies’ (Controverses) maken een begrijpen van de misvatting over doenerschap en niet-doenerschap mogelijk, daardoor worden ze beide geëlimineerd en, daarmee, wordt ook de dualiteit geëlimineerd. De dualiteit blijft, maar louter als een illusie: dat is het geschenk dat dit hoofdstuk biedt. De lezer zal een diepgaande dankbaarheid voor de intelligentie van het leven ervaren, welke via de auteur van dit boek gegeven wordt.

 

Het leven heeft zo’n prachtige val voor het illusoire individu opgezet dat hij nooit eeuwige tevredenheid zal vinden in de illusie, wanneer hij gelooft dat deze echt is. Hoe zou hij dit kunnen wanneer hij zo door zorgen wordt verscheurd? De drang naar de gelukzaligheid die zich zo diep in zijn eigen wezen wortelt, zorgt ervoor dat hij het zoekt waar het niet is, en dat hij er langs kijkt waar het wel is. En toch zorgt het leven ervoor dat hij geen moment vast komt te zitten. De mens is nog nooit zo diepzinnig geanalyseerd als in het hoofdstuk ‘Worries’ (Zorgen). Hij is inderdaad een opmerkelijk fenomeen. Nog opmerkelijker is de wijsheid die dit begrijpen van de mens en de aard van zijn geest onthult. Dit onderzoek is wat betreft zijn gedetailleerdheid zo diepzinnig dat het met geduld en grote zorg bestudeerd dient te worden.

 

Zal klagen dat er iets of met de ander in het leven of met het leven fout is de mens ooit tevreden stellen? Bestaat er een dergelijk punt van tevredenheid dat bereikt zou kunnen worden? Is hij er zeker van dat er een dergelijk punt in het leven bestaat? Als dat bestaat, en hij zeker is van zijn bestaan, is het logisch om te klagen, zodat het bereiken van een dergelijk punt hem op een dag tot tevreden zal maken. Het hoofdstuk ‘Nothing wrong’ (Niets mis) gaat over dit punt, en is een bijzonder weldadige analyse van de benadering die ieder mens tegenover het leven heeft, omdat we allemaal een substantiële hoeveelheid energie besteden aan het niet accepteren van wat er iedere dag met ons gebeurt. Het nauwgezet en geduldig lezen van dit hoofdstuk moedigt ons aan om op ieder moment van het leven levend te zijn, net zoals een klein kind op een speelplaats dat is. Er wordt zoveel aandacht aan de emotionele schommelingen van de geest gegeven, dat we het moeilijk vinden om evenwichtig te blijven. De wijsheid van dit hoofdstuk verheldert het web van de illusie waarbinnen we stuntelen, of dat lijken te doen.

 

Het laatste Hoofdstuk ‘Understanding’ (Begrijpen) is een opmerkelijk hoogtepunt van dit deel. De ontwikkeling door het boek heen is zodanig dat het de dageraad van begrijpen bij de lezer inluidt. Met dankbaarheid stelt het de lezer in staat dat het leven niet achteruitgaat, en dat daarom het proces van evolutie door de tijd heen, hoe illusoir het ook moge zijn, van de alledaagse activiteiten tot het hoogontwikkelde en technologisch verbazingwekkende, de potentie van de intelligentie van het leven is en niet die van de mens. De mens is er eenvoudigweg om Gods werk te bewonderen en om er zich over te verwonderen – niet om het te claimen.

 

Het is geen verrassing dat het leven er voor gezorgd heeft dat hij zoveel van zijn leven besteedt aan het onderzoeken van het verre ‘verleden’, en dat hij veel plezier en voldoening vindt in het opgraven en identificeren van prehistorische voorwerpen, botten etc., en in het ontdekken (en aanvechten) van verloren schakels in het evolutieproces. Op deze manier zal hij misschien de intelligentie gaan begrijpen die bij deze gemanifesteerde wereld betrokken is. Nog fortuinlijker, echter, is de mens die zijn eigen geest onderzoekt, met zo’n toewijding dat hij de illusoire aard van de wereld waarin hij leeft ontdekt, zodat zijn ware, ingeboren aard, wat het leven zelf is, zichzelf mag onthullen!

 

En voor een dergelijke onthulling is de Kaivalya Gita deel 3 het juiste instrument!

 

 
Peter Julian Capper
MA (Cantab) UK

 

Paperback
Prijs: USD 16,00 Wijzig naar Euro